- Adobe Animate-handboek
- Inleiding tot Animate
- Animatie
- Grondbeginselen voor animaties in Animate
- Frames en hoofdframes gebruiken in Animate
- Frame-voor-frame-animaties in Animate
- Werken met klassieke tussenvoegingsanimaties in Animate
- De tool Penseel
- Hulplijnen voor bewegingen
- Bewegings-tween en ActionScript 3.0
- Over tussenvoegingsanimaties met beweging
- Animaties met bewegings-tweens
- Een animatie met bewegings-tween maken
- Eigenschapshoofdframes gebruiken
- Een positie animeren met een tween
- Bewegings-tweens bewerken in de Bewegingseditor
- Het bewegingspad van een tween-animatie bewerken
- Bewegings-tweens manipuleren
- Aangepaste versnellingen toevoegen
- Voorinstellingen voor beweging maken en toepassen
- Animatietween-reeksen instellen
- Werken met als XML-bestanden opgeslagen bewegings-tweens
- Bewegings-tweens en klassieke tweens
- Tussenvoegingen met vormen
- De tool Bone-animatie gebruiken in Animate
- Werken met structuren voor personages in Animate
- Maskeerlagen gebruiken in Adobe Animate
- Werken met scènes in Animate
- Interactiviteit
- Knoppen maken met Animate
- Animate-projecten converteren naar andere documentindelingen
- HTML5 Canvas-documenten maken en publiceren in Animate
- Interactiviteit toevoegen met codefragmenten in Animate
- Aangepaste HTML5-componenten maken
- Componenten in HTML5 Canvas gebruiken
- Maken van aangepaste componenten: Voorbeelden
- Codefragmenten voor aangepaste componenten
- Tips en trucs: Adverteren met Animate
- Ontwerp en publicatie van virtual reality
- Werkruimte en workflow
- Penselen maken en beheren
- Google-lettertypen gebruiken in HTML5 Canvas-documenten
- Creative Cloud Libraries en Adobe Animate gebruiken
- Het werkgebied en het deelvenster Tools voor Animate gebruiken
- Workflow en werkruimte in Animate
- Weblettertypen gebruiken in HTML5 Canvas-documenten
- Tijdlijnen en ActionScript
- Werken met meerdere tijdlijnen
- Voorkeuren instellen
- Deelvensters voor ontwerp in Animate gebruiken
- Tijdlijnlagen maken met Animate
- Animaties exporteren voor mobiele apps en game-engines
- Objecten verplaatsen en kopiëren
- Sjablonen
- Zoeken en vervangen in Animate
- Ongedaan maken, Opnieuw en het deelvenster Historie
- Sneltoetsen
- De tijdlijn gebruiken in Animate
- HTML-extensies maken
- Optimalisatieopties voor afbeeldingen en geanimeerde GIF-bestanden
- Exportinstellingen voor afbeeldingen en GIF-bestanden
- Deelvenster Elementen in Animate
- Multimedia en video
- Grafische objecten transformeren en combineren in Animate
- Symboolinstanties maken in Animate en ermee werken
- Afbeeldingen overtrekken
- Geluid gebruiken in Adobe Animate
- SVG-bestanden exporteren
- Videobestanden maken voor gebruik in Animate
- Een video toevoegen in Animate
- Objecten tekenen en maken met Animate
- Lijnen en vormen omvormen
- Streken, verlopen en vullingen met Animate CC
- Werken met Adobe Premiere Pro en After Effects
- Deelvensters voor kleuren in Animate CC
- Flash CS6-bestanden openen met Animate
- Werken met klassieke tekst in Animate
- Illustraties opnemen in Animate
- Geïmporteerde bitmaps in Animate
- 3D-afbeeldingen
- Werken met symbolen in Animate
- Lijnen en vormen tekenen met Adobe Animate
- Werken met bibliotheken in Animate
- Geluiden exporteren
- Objecten selecteren in Animate CC
- Werken met Illustrator AI-bestanden in Animate
- Overvloeimodi toepassen
- Objecten rangschikken
- Taken automatiseren met het menu Opdrachten
- Meertalige tekst
- De camera gebruiken in Animate
- Grafische filters
- Geluid en ActionScript
- Tekenvoorkeuren
- Tekenen met de pen
- Platforms
- Animate-projecten converteren naar andere documentindelingen
- Ondersteuning voor aangepaste platforms
- HTML5 Canvas-documenten maken en publiceren in Animate
- Een WebGL-document maken en publiceren
- Toepassingen verpakken voor AIR voor iOS
- AIR voor Android-toepassingen publiceren
- Publiceren voor Adobe AIR voor desktop
- Publicatie-instellingen voor ActionScript
- Tips en trucs: ActionScript organiseren in een toepassing
- ActionScript gebruiken met Animate
- Toegankelijkheid in de Animate-werkruimte
- Scripts schrijven en beheren
- Ondersteuning voor aangepaste platforms inschakelen
- Overzicht van ondersteuning voor aangepaste platforms
- Werken met plug-in voor ondersteuning voor aangepaste platforms
- Foutopsporing in ActionScript 3.0
- Ondersteuning voor aangepaste platforms inschakelen
- Exporteren en publiceren
- Bestanden exporteren uit Animate CC
- OAM-publicatie
- SVG-bestanden exporteren
- Afbeeldingen en video's exporteren met Animate
- AS3-documenten publiceren
- Animaties exporteren voor mobiele apps en game-engines
- Geluiden exporteren
- Tips en trucs: Tips voor het maken van inhoud voor mobiele apparaten
- Tips en trucs: Videoconventies
- Tips en trucs: Richtlijnen voor het ontwerpen van SWF-toepassingen
- Tips en trucs: Structuur geven aan FLA-bestanden
- Beste werkwijzen voor het optimaliseren van FLA-bestanden voor Animate
- Publicatie-instellingen voor ActionScript
- Publicatie-instellingen opgeven voor Animate
- Projectorbestanden exporteren
- Afbeeldingen en geanimeerde GIF-bestanden exporteren
- HTML-publicatiesjablonen
- Werken met Adobe Premiere Pro en After Effects
- Snel uw animaties delen en publiceren
- Problemen oplossen
Versnellen verwijst naar de geleidelijke versnelling of vertraging tijdens een animatie, die uw tweens er realistischer of natuurlijker laten uitzien. Gebruik versnellen om een speciale beweging toe te passen voor animatietaken, bijvoorbeeld een willekeurige beweging of een stuiterende bal. U kunt versnellingen toepassen om versnellen of vertragen er realistischer te laten uitzien door geleidelijk de veranderingssnelheid aan te passen met een subtiele versnellingscurve. U kunt versnellingen toevoegen om een willekeurige weergave voor een eigenschap te maken, zoals X en Y voor een willekeurige schrikachtige beweging.
Vooraf ingestelde en aangepaste versnellingen toevoegen aan bewegings-tweens
Animate biedt twee methoden om versnelling toe te passen op een bewegings-tween.
- U kunt een versnellingswaarde opgeven voor elke bewegings-tween met de schuifregelaar Versnelling in Eigenschapcontrole.
- U kunt de bewegingseditor gebruiken om een vooraf ingestelde of aangepaste versnelling toe te passen op een of meer eigenschappen.
Versnelling toepassen op een bewegings-tween met Eigenschapcontrole:
- Maak een bestand met de naam motionease.fla.
- Maak een afbeelding met een van de tekengereedschappen, selecteer alle afbeeldingen, en klik erop met de rechtermuisknop of met Ctrl ingedrukt en kies Bewegings-tween maken. Klik op OK om de tekening om te zetten in een symbool. Er wordt een seconde aan frames toegevoegd aan de tijdlijn, maar versleep zo nodig het uiteinde van de tween-reeks tot minstens 24 frames.
- Verplaats de afspeelkop naar het laatste frame van de tween-reeks en verplaats de instantie vervolgens naar een andere locatie in het werkgebied.
- Selecteer de tween-reeks en sleep de waarde Versnelling (de blauwe tekst naast 'Versnelling') in Eigenschapcontrole. U kunt ook een waarde typen om de snelheid van de verandering tussen getweende frames aan te passen.
- De bewegings-tween starten en de tween naar het einde van de animatie versnellen:
- Sleep de waarde tussen -1 en -100 als u een negatieve waarde wilt invoeren.
- Sleep de waarde tussen 1 en 100 als u een positieve waarde wilt invoeren.
- Selecteer Besturing > Film testen om de animatie te testen. U ziet hoe de tween-punten in het werkgebied worden bijgewerkt in de ontwerpomgeving nadat u de versnelling hebt toegepast.
- Schuif omlaag naar het gedeelte Versnelling en verander het aantal stuiten in 5.
Zie ook
Versnellingen in de Bewegingseditor
Nadat u een versnelling hebt toegepast op een grafisch voor te stellen eigenschap, wordt elke waarde in de categorie Waarde grijs weergegeven. De versnellingsvergelijking bepaalt de waarde (getweende waarden) en er zijn beperkingen voor wat die waarde kan zijn. Bewerk in plaats daarvan de effen curve in de grafiek met de besturingspunten of andere Bézier-bewerkingsfuncties. U kunt de versnelling ook uitschakelen en de waardebesturingselementen gebruiken, de versnelling weer inschakelen en het resultaat van uw wijzigingen bekijken.
Een aangepaste versnelling toevoegen aan een bewegings-tween
Gebruik een aangepaste versnelling om zelf een versnelling te maken met behulp van een grafiek in de Bewegingseditor. U kunt de versnelling ook toepassen op een eigenschap van uw getweende instantie.
De grafiek Aangepaste versnelling geeft de mate van beweging weer in de loop der tijd. De horizontale as stelt de frames voor en de verticale as het wijzigingspercentage van de tween. De eerste waarde in de animatie staat op 0% en het laatste hoofdframe kan worden ingesteld op een waarde van 0 tot 100%. De helling van de curve van de grafiek geeft de veranderingssnelheid weer van de getweende instantie. Als u een horizontale lijn (geen helling) op de grafiek maakt, is de snelheid gelijk aan nul. Als u een verticale lijn op de grafiek maakt, is er een onmiddellijke wijziging.
- Maak een bewegings-tween.
- Selecteer de tween-reeks in de tijdlijn en open de Bewegingseditor.
- Blader naar de categorie Versnellingen, klik op de knop Toevoegen en kies Aangepast in het menu.
Een aangepaste versnelling wijzigen en toepassen
U kunt de aangepaste versnelling vervolgens bewerken met de standaard-Bézier-besturingselementen in andere eigenschapsgrafieken in de Bewegingseditor. Gebruik deze functie om een aangepaste curve te maken die u kunt gebruiken bij het versnellen tussen hoofdframes.
Als u de aangepaste versnelling op een eigenschap wilt toepassen, selecteert u de naam van de versnelling in het menu Versnelling. De eigenschapsgrafiek wordt bijgewerkt met een gestippelde curve die de werkelijk getweende waarden weergeeft nadat de versnelling wordt toegepast.
Aangepaste versnellingen kopiëren en opslaan
Gebruik een van de volgende methoden om uw aangepaste versnellingen opnieuw toe te passen op andere tween-instanties, of zelfs in andere documenten:
- Klik met de rechtermuisknop op de grafiek van de aangepaste versnelling (buiten de curve van de grafiek) en kies Curve kopiëren. Voeg bij de tweede instantie vervolgens een aangepaste versnelling toe in de grafiek, klik met de rechtermuisknop in de grafiek van de aangepaste versnelling en kies Curve plakken. U kunt de grafiek in elke andere niet-ruimtelijke eigenschapsgrafiek plakken.
- Sla de aangepaste versnelling op in een Voorinstelling voor beweging.